Voor veel Vlamingen speelt de ruimtevaart zich ver van hun bed af. Welke rol speelt Vlaanderen in de ruimtevaartindustrie?

Gijs: ‘Een behoorlijk belangrijke. Niet iedereen weet het, maar er zijn meer Vlaamse bedrijven bezig met ruimtevaart dan je zou denken. Vlaanderen heeft een heel innovatieve industrie, en dat is uiteraard ook in deze specifieke sector te merken. Weinigen weten bijvoorbeeld dat een pak sensoren in de James Webbtelescoop gemaakt zijn in Oudenaarde. Of dat de technologie in de Marsverkenner Perseverance afkomstig is uit West-Vlaanderen. Vlaamse innovatie in twee wereldberoemde ruimtevaartmissies.’

 

Lieve: ‘We hebben in Vlaanderen heel wat kennis en expertise opgebouwd. Onze bedrijven en onderzoeksinstellingen hebben de capaciteit om actief mee te werken aan Europese projecten via het Europese ruimtevaartagentschap ESA. Denk aan de geografische, medische en educatieve toepassingen die in Kruibeke geproduceerd worden. En in Sint-Niklaas ontwikkelt men technologie die satellietgegevens opvangt en doorstuurt naar de aarde.’

Jullie kijken dus vooral naar Europa om die innovatie in Vlaanderen een duw in de rug te geven?

Lieve: ‘Absoluut. België heeft zelf uiteraard geen ruimtevaartagentschap. Samenwerking met de ESA is dus van cruciaal belang. Eind november organiseren zij een grote internationale conferentie. Daar worden de programma’s en budgetten vastgelegd waaraan België zal deelnemen. Het is belangrijk dat we daar onze middelen strategisch inzetten, zodat onze bedrijven optimaal kunnen blijven innoveren.’

 

Gijs: 'Vlaanderen haalt een steeds groter aandeel in de Belgische return binnen de ESA. Dat is te danken aan de innovatiekracht van onze Vlaamse bedrijven en onderzoeksinstellingen, de inspanningen van Flanders Space en de verhoogde investeringen in de ESA-programma's. Waar Vlaanderen in de jaren tachtig slechts 17,6 procent van de Belgische return haalde, steeg dat aandeel gestaag naar 28,5 procent in de jaren negentig tot 43 procent in 2010. Vandaag gaat het om ongeveer vijftig procent van de middelen. Dat onderstreept niet alleen de internationale toppositie van onze bedrijven en onderzoeksinstellingen, maar ook de strategische rol van Vlaanderen binnen de ruimtevaartsector. Die moeten we blijven opnemen en versterken.'

Hoe past het ruimtevaartverhaal in de bredere innovatieve context in onze samenleving?

Gijs: ‘We gebruiken zo goed als dagelijks producten die ooit uitgevonden werden in de ruimte-industrie. Onze gps is de bekendste, maar bijvoorbeeld bloeddrukmeters, Tefal of brandwerende kledij voor onze hulpdiensten komen allemaal uit de ruimtevaartsector. De impact van die innovaties valt niet te onderschatten. We moeten Vlaanderen ook op dat vlak nog meer op de kaart zetten als wereldspeler. We hebben universiteiten en onderzoeksinstellingen van wereldniveau. Misschien zijn we gewoon te bescheiden, want we moeten die ambitie expliciet durven uit te dragen. Bijvoorbeeld door te proberen om de Einsteintelescoop naar Vlaanderen te halen. Dat is een wetenschappelijk megaproject van ruim twee miljard euro. Het kan duizenden jobs opleveren in Vlaanderen.’

 

Lieve: ‘Innovatie is de motor van onze economie. Onze bedrijven moeten onafhankelijk kunnen werken, met de nodige vrijheid voor onderzoek en ontwikkeling. Dat vraagt tijd, maar het biedt ons de kans om dit land op de kaart te zetten als broedplaats voor technologie en kennis. Vandaag laten nog veel ondernemers zich tegenhouden door de overvloed aan regelgeving. Die jaagt bedrijven weg.’

Toch lijkt Europa gigantisch achter te lopen. In de Verenigde Staten worden jaarlijks meer dan 100 raketten de ruimte in gelanceerd.

Lieve: ‘Europa loopt inderdaad sterk achter op grootmachten als Amerika en China. De VS hebben bijvoorbeeld een gigantische voorsprong op het vlak van AI, en in China wordt het wagenpark geëlektrificeerd aan een ongeziene snelheid. Europa mag de innovatie-sneltrein echt niet missen. We moeten absoluut streven naar meer strategische autonomie, om onze economie te beschermen en onze welvaart te behouden.’

 

Gijs: ‘Inderdaad, neem nu bijvoorbeeld Starlink, de satellieten van Elon Musk die de hele wereld van internet kunnen voorzien. Daar hebben wij in Europa vooralsnog geen alternatief voor, terwijl het van levensbelang is aan het Oekraïense front. IRIS², het nieuwe onafhankelijke Europese netwerk met satellieten, moet veilige en snelle communicatie voor overheden, defensie én burgers mogelijk maken. Ook onze Vlaamse bedrijven kunnen daarin een belangrijke rol spelen.’

Onderwerpen